Biografie

Hans Besselink (Johannes Wilhelmus Josephus) werd op 15 augustus 1931 geboren in Arnhem als oudste zoon van Jos Besselink (Hengelo Gelderland, 30 september 1894 ‐ Dieren, 3 april 1975) en Annie van Langen (Zutphen, 4 april 1901 ‐ Meerssen, 2 april 1985).

Zowel vader als moeder waren muzikaal begaafd. Vader Besselink genoot als operazanger nationale bekendheid onder meer voor zijn rol van Don José in Carmen (uitvoering Kurhaus Scheveningen). Moeder Besselink speelde piano en gaf haar kinderen pianoles. Ook haar broer Theo van Langen was muzikaal onderlegd.

Het gezin breidde zich verder uit met nog zeven kinderen waarvan vier een muzikale carrière volgden: naast Hans waren Mya en Jos verbonden aan het Maastrichts Conservatorium, Ammie aan het Groot Omroepkoor.

Hans Besselink viel als jongen op door zijn pianospel, hij begeleidde als pianist concerten van het Doesburgs mannenkoor, was dirigent in Doesburg en Steenderen en organist in Dieren. Hij begeleidde zijn vader reeds enkele jaren op het orgel: vader was koordirigent van het Dierens‐ en Doesburgs mannenkoor. Later werd Hans Besselink dirigent van het Koninklijk Doesborgh’s Mannenkoor met o.a. uitvoeringen van het Schubertconcert op 23 maart 1968 in het Nederlands Hervormde Kerkgebouw te Doesburg ter gelegenheid van het 90‐jarig bestaan van het Koninklijk Doesborgh’s Mannenkoor en een zangersavond van het gewest Gelderland van het Koninklijk Nederlands Zangersverbond op 26 april 1969 in Musis Sacrum te Arnhem. Hij was ook enige tijd dirigent van het Dameskoor St. Willebrord te Arnhem.

Hans Besselink ging naar het klein Seminarie in Apeldoorn. Op 16‐jarige leeftijd kwam hij tot het inzicht dat zijn roeping niet lag in het priesterschap en rondde hij het gymnasium af in Arnhem. Hij ging Rechtsgeleerdheid in Nijmegen studeren en behaalde zijn kandidaatsexamen.

Het muzikale talent zat in de genen van Hans Besselink en hij besloot zijn hart te volgen. Hij begon in 1966 een opleiding aan het Maastrichts Conservatorium ‐ waar zijn zus Mya al als zangpedagoge verbonden was ‐ en volgde het hoofdvak Muziektheorie en Compositie bij onder andere Willem Hijstek en Jan Mul en had als bijvak Piano. Hij bleek een briljante leerling: na ruim twee jaar volbracht hij zijn studie in 1969 succesvol. Hij werd direct benoemd als docent Muziektheorie aan genoemd Conservatorium. Op 1 februari 1971 werd hij benoemd tot adjunct‐directeur van het Maastrichts Conservatorium voor Muziek en Toneelacademie.

Afbeelding niet gevonden
Hans Besselink in de Jaren ’ 70

Op 1 augustus 1979 werd Hans Besselink benoemd tot directeur van het Maastrichts Conservatorium. Deze functie bekleedde hij tot aan zijn pensioen in 1989. Als directeur van het Conservatorium was hij in 1984/1985 lid van de commissie Pausbezoek aan Limburg en verleende hij medewerking aan de vorming van het ad hoc samengestelde blazersensemble voor de begeleiding van de koor‐ en volkszang tijdens de Pausmis op het vliegveld Beek.

Van 1992 tot 2001 was hij bisschoppelijk inspecteur kerkmuziek voor de Nederlandse kerkprovincie. Vanaf 1994 was hij mede actief voor de CEDAME (Conférence Européenne des Associations de Musique d’Église), de Europese Conferentie van Kerkmuziekorganisaties. In 1994 werd deze gehouden te Rolduc‐Kerkrade onder de titel ‘Kerkmuziek als bron van spiritualiteit ‐ De spiritualiteit van de kerkmusicus’. Verder is mede dankzij zijn inzet de kerkmuziekopleiding tot nu toe behouden op het Conservatorium van Maastricht.

Na zijn pensionering componeerde Hans Besselink nog verschillende muziekwerken.

Op 16 december 2012 stierf Hans Besselink na een kort ziekbed in Maastricht.